Nederland in 2100
We zijn voortvarend aan de slag gegaan, allereerst met zogenaamde Stel dat-verkenningen waarmee we de toekomst zijn gaan ontwerpen. We hebben 4 ontwerpbureaus geselecteerd en tegelijk intensief samengewerkt met de ontwerpsector, die haar krachten bundelde in het Platform Ontwerp NL. Met vereende krachten hebben we 6 verkenningen opgeleverd met scherpe inzichten en ideeën hoe we door slim te combineren, of door juist te scheiden, een toekomstbestendig Nederland konden vormgeven. De inzichten hebben we interdepartementaal verrijkt en vervolgens gedeeld met het kabinet. Het leverde een inspirerende sessie op met kaarten aan de muur in de Trêveszaal. En met ministers die enthousiast met elkaar in gesprek gingen over de opgaven richting Nederland in 2100. Een unieke bijeenkomst; het gebeurde niet vaak dat op deze wijze, met ontwerpend onderzoek, in de boezem van het kabinet gesproken werd over de toekomst van Nederland.
8 handreikingen op gebiedsniveau
Parallel hebben we met gebieden in Nederland gewerkt aan complexe ruimtelijke vraagstukken. We selecteerden 8 actuele thema’s waar het borgen dan wel bevorderen van kwaliteit van belang is voor onze leefomgeving. We kozen thema’s als ‘het verdichten rondom OV-knooppunten”, “de transformatie van de naoorlogse wijken”, “de groenblauwe dooradering van het landschap” of “de vormgeving van de grootschalige distributiebedrijven”. Op deze thema’s hebben we opnieuw ontwerpbureaus gecontracteerd en adviezen opgesteld hoe tot een goede ruimtelijke inrichting te komen. We werkten daarbij samen met studiegebieden van Groningen tot Limburg en van Noordwijk tot de Achterhoek. Het leverde veel energie op, in de gebieden zelf, maar ook bij de verschillende Haagse departementen.
Nog niet vaak was er bij het Rijk op de schaal van concrete plekken nagedacht over de samenkomst van allerlei ruimtelijke opgaven en de uitdagingen die dan kunnen ontstaan. Uitdagingen die vaak samenhangen met de toch altijd nog verkokerde sturing op de ruimte. In de praktijk is het knap ingewikkeld om een warmtenet aan te leggen en deze te combineren met een klimaatbestendige openbare ruimte waar mensen ook nog kans krijgen elkaar vaker te ontmoeten. Deze complexiteit is vaak de oorzaak dat ontwikkelingen moeilijk of helemaal niet van grond komen. En onze dagelijkse leefomgeving verweesd achterblijft. Dat levert veel frustratie op, en dat zien we helaas op steeds meer plekken om ons heen.
De intensieve samenwerking met gebieden hebben geresulteerd in 8 handreikingen op gebiedsniveau, met concrete adviezen. Ze zijn geen blauwdruk voor ruimtelijke inrichting van ons land – geen nieuw nationaal schetsboek – maar geven vooral houvast en inspiratie. Je kunt ze beschouwen als kookboeken met concrete recepten om ruimtelijke kwaliteit in de praktijk van gebiedsontwikkeling goed mee te nemen. Een “Handboek soldaat” voor de ruimtelijke kwaliteit. Ze zijn universeel toepasbaar en kunnen helpen om ingewikkelde ruimtelijke knopen los te trekken.