Wat heeft Nederland volgens jou nodig om die kwaliteiten te beschermen?
“Ik vind dat er wat bedrijventerreinen betreft, en de aantrekkelijkheid daarvan, veel meer aandacht mag komen voor landschappelijke inbedding. Ik denk dat je daar ontzettend veel mee kunt winnen.
De gebouwen die er staan en die je van alle kanten kunt zien, zijn enorm belangrijk. Maar de belangrijkste randvoorwaarde is de landschappelijke inrichting waarin die gebouwen zijn neergezet. Als je de kwaliteit van bedrijventerreinen serieus wilt nemen, moet je het lef hebben om ruimte te scheppen voor een landschappelijke inrichting met formaat. Op deze locatie krijgt groen echt de ruimte om tot wasdom te komen, de gebouwen zijn ondergeschikt aan het groen.
Het is wellicht economisch uitdagend, maar toch. Ik vind het niet erg als gebouwen wat meer de lucht ingaan als dat nodig is, als er maar een goede groene basis is. Je moet het lef hebben om bepaalde zones te intensiveren, om echt maat te kunnen geven aan lucht, licht en ruimte.”
Welke instrumenten zijn ingezet om die kwaliteiten te versterken?
“Het verhaal komt eigenlijk neer op groen met kwaliteit. Er is in de inrichting en de architectuur gerefereerd naar de historie van de locatie: naar de landschapshistorie, de bewonershistorie en de bedrijfshistorie. De inbedding in het landschap en de juiste inpassing is hier cruciaal geweest. Thales heeft het aangedurfd om te investeren in ruimte. Die groene maat wordt niet meer weggegeven. In het landschapsplan staat ook dat bepaalde stukken onbebouwd zullen blijven.
Aan andere stukken is waarde toegevoegd met nieuwe architectuur. Deze gebouwen hebben allemaal een bepaalde stijl, maar zijn wel door verschillende architecten ontworpen. Zij hebben door die nuanceverschillen ook eigenheid aan die gebouwen geven. Hoe meer daarvan, hoe interessanter het wordt.
Bovendien heeft de campus een grote aantrekkingskracht op bedrijven en uitwisseling van kennis tussen bedrijven. Deze locatie werkt stimulerend voor innovatie en kennisontwikkeling dankzij de hoge kwaliteit van de omgeving, in alle opzichten.”