Zonneladder
De zonneladder is de voorkeursvolgorde voor het plaatsen van zonnepanelen. Volgens de zonneladder moeten alle betrokken partijen eerst kijken of we zonnepanelen op daken en gevels, maar ook op gronden binnen en buiten bestaand gebied kunnen leggen. En daarna pas op landbouw- en natuurgronden. De voorkeur gaat daarbij uit naar het combineren van functies. Zo ontzien en sparen we zoveel mogelijk landbouw- en natuurgrond.
Het nationale beleid hiervoor is in 2020 vastgelegd in de nationale omgevingsvisie (NOVI). De zonsector onderschrijft de voorkeurvolgorde in de gedragscode zon op land. In de kamerbrief van oktober 2023 kondigde de Rijksoverheid de aangescherpte voorkeursvolgorde zon aan zoals toegezegd in de zonnebrief van juli 2023. Vanaf 1 januari 2024 zijn zonneparken en – weiden op landbouw- en natuurgronden niet langer toegestaan, vanwege het beslag op de schaarse ruimte. Het plaatsen van zonnepanelen in natuurlijke gebieden of op landbouwgrond zal alleen in zeer uitzonderlijke gevallen en onder strenge voorwaarden worden toegestaan.
Demissionair minister Hugo de Jonge (Volkshuisvesting & Ruimtelijke Ordening) heeft in overleg met provincies, gemeenten en waterschappen afgesproken dat nieuwe zonnepanelen zoveel mogelijk op daken en gevels worden gelegd.
“We zijn een heel klein landje en er moet van alles. We moeten dus heel zuinig omgaan met onze schaarse ruimte,” licht De Jonge toe in het AD. “Als je door de polder fietst, en je ziet op vruchtbare landbouwgrond zo’n enorm zonneveld, dan denk je ‘Oei, wat is dat zonde van de ruimte’. Dat moet je echt niet willen in Nederland.”