Systeemherstel

Systeemherstel richt zich op het structureel en duurzaam herstel van landschappen en ecosystemen door de sturende processen achter de diversiteit in het landschap en het ecosysteem te herkennen en te herstellen. Dit gebeurt binnen de grenzen van schaal, menselijke occupatie en onomkeerbare veranderingen uit het verleden. Concreet gaat het vaak om het herstel van schone, natuurlijke waterstromen en sponswerking, minder ‘afwentelen’ van stikstof en gif en het herstellen van groene verbindingen. Overgangsgebieden zijn een belangrijke voorwaarde.

Langdurig natuurherstel

Tien jaar geleden werden afspraken vastgelegd in een Natuurpact over de werving en inrichting van het Natuurnetwerk, het beheer van Natura 2000-gebieden, en de aanleg van overgangsgebieden en verbindingszones. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en WUR hebben de resultaten van deze afspraken recentelijk geëvalueerd, waarbij tien belangrijke lessen uit zijn gekomen. De tweede les die naar voren kwam, is dat voor langdurig natuurherstel, systeemherstel noodzakelijk is.

De evaluatie toonde aan dat herstelmaatregelen die sinds de jaren 90 zijn uitgevoerd in bestaande natuurgebieden met vochtige ecosystemen over het algemeen succesvol zijn geweest in het herstellen van soorten en natuurdoelen. Echter, in drogere ecosystemen in Oost- en Zuid-Nederland zijn de resultaten minder gunstig, omdat de natuur in deze gebieden gevoeliger zijn voor stikstof en verdroging.

Provincies en natuurbeheerders erkennen dat systeemherstel op landschapsschaal noodzakelijk is. Daarom laten zij Landschapsecologische Systeemanalyse (LESA) uitvoeren om te bepalen welke inrichtings- en herstelmaatregelen nodig zijn om tot systeemherstel te komen.

Lees verder: Tien lessen uit tien jaar Natuurpact – WUR

 

Met de herinrichting van de Hemelrijkse Waard en de aanleg van 3 kilometer lange nevengeul is een aantrekkelijke leefomgeving voor riviergebonden flora en fauna ontstaan. Door oude bomen (die voorheen langs de Maas stonden) in het water te verankeren, zogenaamde dode hout in de rivier, is een schuilplaats voor kleine vissen en andere beestjes ontstaan. Hierdoor kan een rijker ecosysteem zich ontwikkelen (waterplanten, vissen, insecten) en kunnen oude soorten weer terugkeren. Door de nevengeul heeft het water van de Maas meer ruimte gekregen. Project vanuit de Kaderrichtlijn Water. Foto: Tineke Dijkstra.